Sinds 2005 is het aantal behandelmogelijkheden voor patiënten met niercelcarcinoom sterk toegenomen. Hoe hebben die het MDO over niercelcarcinoompatiënten veranderd? ‘Overleg, met inbreng van ieders expertise, is cruciaal om goede keuzes te maken.’
Door alle nieuwe behandelmogelijkheden die voor het niercelcarcinoom voor handen zijn gekomen is het belangrijk dat patiënten multidisciplinair worden besproken. Specifiek voor niercelcarcinoom leidt dat tot bijzondere situaties, vertelt dr. Carla van Herpen, internist-oncoloog in het Radboudumc. ‘Vóór 2005 waren er nog geen geregistreerde doelgerichte middelen voor het niercelcarcinoom. In de loop van de tijd zijn vijf angiogeneseremmers voor het niercelcarcinoom geregistreerd en recent ook een checkpointinhibitor. Hetgeen bij het niercelcarcinoom bijzonder is, is dat er een groep patiënten is die al langdurig behandeld worden en waarbij tijdens hun traject van behandeling er steeds meer opties bijkomen. Vaak hebben zij aanvankelijk meegedaan aan fase 1-, 2- of 3-studies en zijn deze middelen inmiddels geregistreerd. Het MDO heeft zich uitgebreid wat betreft aantallen patiënten, omdat niet alleen nieuwe patiënten worden besproken, maar ook bij progressie van ziekte er opnieuw nagedacht wordt over een vervolgbehandeling. Het MDO voor nierkankerpatiënten vindt plaats met de uroloog, medisch oncoloog, radioloog, patholoog en (soms) verpleegkundig specialist. De radiotherapeut is op afroep beschikbaar.’
Meer kennis nodig
Het toegenomen aantal behandelmogelijkheden vraagt volgens Van Herpen van behandelaars meer kennis over het niercelcarcinoom en het beloop ervan. Bij sommige nierkankerpatiënten met metastasen gedraagt de ziekte zich rustig. ‘Zelfs zo rustig dat we nu onderzoeken of het nodig is om bij de eerste metastasen, die te uitgebreid voor een resectie zijn, meteen te starten met medicatie. In de IMPACT-studie bestuderen we of met PET-scans – een FDG-PET en een Zirconium-girentuximab-PET – het optimale moment van het starten van de behandeling beter voorspeld kan worden. Misschien hoeft dat niet meteen, zeker niet als de situatie rustig is.’