Met het klimmen der jaren worden lichamelijke en geestelijke fitheid alsmede sociale ondersteuning in toenemende mate belangrijke voorspellers voor het beloop van de ziekte en de uitkomst van de (oncologische) behandeling. Geriatrische screening zou daarom een vast onderdeel moeten zijn van de oncologische zorg bij ouderen, zo betogen internist-oncologen dr. Johanneke Portielje en dr. Maartje Los en internist-ouderengeneeskundige dr. Frederiek van den Bos.
Een pleidooi voor een geriatrisch assessment bij oudere oncologiepatiënten roept onmiddellijk vragen op. Om welke patiënten gaat het dan? Ofwel: wanneer noem je een patiënt ‘oud’? ‘Als we het hebben over oudere patiënten, is de kalenderleeftijd daarbij niet zaligmakend’, steekt Van den Bos van wal. ‘Het gaat in dit kader vooral over veroudering als biologisch verschijnsel. Daarbij is het wel zo dat de kalenderleeftijd de sterkste risicofactor voor biologische veroudering is. Er is bijvoorbeeld zo goed als geen oncologiepatiënt ouder dan 85 jaar te vinden die naast de oncologische aandoening geen enkele andere aandoening onder de leden heeft. Om dit geheel enigszins te standaardiseren hebben we in ons ziekenhuis afgesproken vanaf een leeftijd van 70 jaar extra aandacht te besteden aan aspecten als lichamelijke en geestelijke fitheid van de patiënt en de sociale ondersteuning door diens omgeving. Maar soms zie je ook een patiënt van 65 jaar waarbij dat nodig is. Het is overigens inmiddels een landelijke verplichting mensen bij opname in een ziekenhuis te screenen op kwetsbaarheid indien zij 70 jaar of ouder zijn.’ Portielje: ‘Van de mensen die wegens colorectaal carcinoom (CRC) in ons ziekenhuis terecht komen, is ongeveer 60 procent ouder dan 70 jaar.’
Het kan het behandelbeleid en de uitkomst van de behandeling verbeteren, en in klinische studies bijdragen aan meer inzicht in de effectiviteit van een nieuwe therapie’