Gezien de groeiende rol van doelgerichte therapie bij de behandeling van colorectaal carcinoom (CRC) zullen steeds meer patiënten te maken krijgen met bijwerkingen van dit type behandeling. Volgens dr. Christine Boers-Doets hoeven deze bijwerkingen de therapie echter niet in de weg te staan. Bij een juiste diagnose van de bijwerking en een adequate behandeling is het zelden nodig om de doelgerichte therapie aan te passen of te onderbreken.
‘Over bijwerkingenmanagement is al veel kennis beschikbaar,’ vertelt Boers-Doets, ‘maar deze informatie heeft nog niet alle artsen en verpleegkundigen bereikt. De beperkte aandacht voor bijwerkingenmanagement is vooral een gevolg van onwetendheid en niet zozeer van onwilligheid. De kennis is er wel, maar vindt zijn weg niet altijd naar de dagelijkse praktijk. Zo is bijvoorbeeld de Multinational Association of Supportive Care in Cancer, opgericht door met name internist-oncologen, een erg actieve groep op het gebied van bijwerkingenmanagement. Hun tijdschrift Journal of Supportive Care in Cancer staat vol met goede artikelen over succesvol omgaan met bijwerkingen, maar de verspreiding van deze kennis door de eigen beroepsgroep is nog relatief beperkt.’
Co-care model
Voor een systematische behandeling van bijwerkingen heeft Boers-Doets een co-care model ontwikkeld. Dit zogenoemde TARGET-systeem pakt bijwerkingen aan in zes stappen: terminologie, assessment, rapportage, gradering, educatie en therapie. ‘Het model is zo opgezet dat patiënten het zelf kunnen toepassen’, vertelt Boers-Doets. ‘Aan de hand van onder andere foto’s geven patiënten aan van welke symptomen en kenmerken zij last hebben. De patiënt beoordeelt de symptomen volgens de stappen van het zorgmodel. In de laatste stap wordt dan aangegeven welke behandeling het meest effectief is om in te zetten. Als de bijwerkingen aanhoudend of in een gevorderd stadium zijn, dan is receptmedicatie van een hulpverlener nodig. Aangezien de patiënt zelf alle informatie aangedragen heeft, hoeft de hulpverlener alleen nog aan te vullen of te corrigeren en kan meteen overgaan naar het voorschrijven van medicatie voor de bijwerkingen die dan nog aanwezig zijn.’ Boers-Doets benadrukt dat het haar gaat om de symptomen en kenmerken van een bijwerking en niet om de bijwerking sec. ‘Want als de behandelaar bijvoorbeeld bij een hand-voet-huidreactie een behandeling voor blaren voorschrijft bij iemand die alleen fissuren heeft, dan worden de problemen alleen maar erger.’