Mannen met prostaatcarcinoom die hormoontherapie ondergaan, zijn gebaat bij (extra) beweging. Fysieke activiteit vermindert bijwerkingen van de behandeling en verbetert de kwaliteit van leven. Patiënten bewegen echter niet uit zichzelf. Klinisch epidemioloog dr. Martijn Stuiver en uroloog dr. Inge van Oort vertellen hoe ze patiënten met prostaatcarcinoom in beweging krijgen.
‘Lichaamsbeweging is over het algemeen goed voor patiënten met kanker, omdat het bijwerkingen vermindert, zoals vermoeidheid, cardiovasculaire fitheid en depressiestoornissen’, begint Stuiver. ‘Bovendien is meer bewegen voor een aantal vormen van kanker – waaronder prostaatcarcinoom – geassocieerd met een betere overleving.’ 1-3
Voor mannen met prostaatcarcinoom die hormoontherapie ondergaan, is lichaamsbeweging om nog een andere reden belangrijk. Stuiver: ‘De behandeling verandert – zoals bedoeld – de hormoonhuishouding, maar als bijeffect kan de lichaamssamenstelling van een patiënt veranderen, zoals we dat ook zien bij veroudering: afname van spiermassa en botdichtheid, krimpen, toename van vermoeidheid en vermindering van de vitaliteit. Mannen zijn dan weliswaar succesvol behandeld voor prostaatcarcinoom, maar kampen vervolgens met andere gezondheidsproblemen. Beweging kan een belangrijke rol spelen bij het verminderen van die problemen.’