Alle patiënten met een solide kanker die een incurabel recidief of metastasen ontwikkelen, zouden getest moeten worden op NTRK-genfusies, nu er effectieve medicijnen geregistreerd zijn. Dat zegt prof. dr. Carla van Herpen, hoogleraar Rare Cancers in het Radboudumc. ‘Het is zonde dat we effectieve medicijnen ontwikkelen die we niet kunnen geven aan patiënten die er baat bij kunnen hebben, omdat we de diagnostiek niet doen.’
Naar schatting 0,1 tot 0,5 procent van alle solide tumoren heeft een NTRK-genfusie, een oncogene driver die de groei van kankercellen bevordert. Voor deze groep patiënten registreerde de EMA in 2019 de TRK-remmer larotrectinib en in 2021 entrectinib. In februari 2022 heeft de commissie BOM een voorlopig positief advies uitgebracht over zowel larotrectinib als entrectinib bij patiënten met een solide tumor met een NTRK-genfusie voor wie er geen andere behandelopties meer zijn. In fase I/II niet-gerandomiseerde studies bij patiënten met verschillende soorten solide kankers met een NTRK-genfusie laat larotrectinib een responskans zien tot 79 procent, met een mediane responsduur van 35,2 maanden. Entrectinib laat een responskans zien van 61 procent met een mediane responsduur van 20 maanden.1 De middelen zijn niet head-to-head met elkaar vergeleken. Beide TRK-remmers voldoen daarmee aan de PASKWIL-criteria voor niet-gerandomiseerde studies. Wanneer er naar verwachting in de tweede helft van 2024 (larotrectinib) en in 2027 (entrectinib) aanvullende analyses zijn gepubliceerd, worden de medicijnen door de EMA opnieuw beoordeeld.
Vanwege de effectiviteit en de milde bijwerkingen zouden alle patiënten die ervoor in aanmerking komen opgespoord moeten worden, maar dat gebeurt nu niet, zegt Van Herpen. In Nederland zou dit naar schatting gaan om 100 tot 200 volwassen patiënten met een incurabel recidief of metastasen en 3 tot 6 pediatrische patiënten.2
‘In sommige landen wordt er al standaard op NTRK-genfusies getest. In Nederland lopen er gesprekken met het Zorginstituut, maar is de financiering nog niet geregeld.’
Tumoragnostisch
Een NTRK-genfusie kan bij alle tumorsoorten voorkomen en wordt daarom ook wel tumoragnostisch genoemd. Het percentage patiënten bij wie dit fusiegen voorkomt, verschilt aanzienlijk per tumorsoort. Bij een aantal tumorsoorten gaat het om een klein percentage van de patiënten; zo komt een NTRK-genfusie voor bij 0,7 procent van de patiënten met colorectaal carcinoom.3 In het geval van sommige weinig voorkomende kankers gaat het om hogere percentages. Van patiënten met een papillair schildkliercarcinoom heeft 9 procent een NTRK-genfusie en bij secretoir carcinoom van de speekselklier (MASC) is zelfs altijd sprake van een NTRK-genfusie.4