Patiëntenervaring mogelijk hulpmiddel bij keuze behandeling

De afgelopen jaren zijn er diverse nieuwe behandelingen voor gemetastaseerd mammacarcinoom bijgekomen. Patiënten leven daardoor langer, maar hoe zit het met hun kwaliteit van leven? Op het ESMO Virtual Congress 2020 zijn drie studies gepresenteerd over de impact van deze behandelingen op de kwaliteit van leven die patiënten ervaren. Ook in de Nederlandse SONIA-studie is aandacht voor dit onderwerp. Dr. Inge Konings plaatst de uitkomsten van genoemde studies in perspectief. ‘Het liefst zou je patiëntenervaringen willen gebruiken als voorspeller van de levenskwaliteit van de individuele patiënt.’ 

Gevoeliger CTC-meting biedt perspectief op maatwerk hormoonbehandeling

Circulerende tumorcellen worden gezien als een belangrijke en relatief makkelijk te bepalen biomarker bij veel vormen van kanker. De sensitiviteit van de huidige test is echter beperkt vanwege het kleine bloedvolume waarin de tumorcellen worden gemeten. Noortje Verschoor onderzoekt bij vrouwen met hormoongevoelig mammacarcinoom of leukaferese de sensitiviteit kan vergroten.

beeld: Jeroen van Kooten Fotografie

Mogelijkheden van moleculaire diagnostiek niet optimaal benut

Er zijn steeds meer genetische mutaties bekend die de motor kunnen vormen achter de groei van een longcarcinoom. Nog lang niet iedere patiënt wordt echter op de aanwezigheid van zulke driver-mutaties getest. De financiering van de testen, logistieke en communicatieve beperkingen en verouderde kennis staan het adequaat gebruik van de mogelijkheden om te testen in de weg, aldus prof. dr. Michel van den Heuvel.

beeld: Jeroen van Kooten Fotografie 

Voorzichtige stappen op weg naar longkankerscreening

Eerder dit jaar verschenen de resultaten van de NELSON-studie, een onderzoek naar longkankerscreening onder Belgische en Nederlandse (ex-)rokers. Hoewel de resultaten het nut van screening onderstrepen, blijven beleidsmakers in Den Haag terughoudend. Een internationaal vervolgonderzoek kan hun bezwaren weerleggen. Projectleider prof. dr. Harry de Koning heeft goede hoop.

beeld: Jeroen van Kooten Fotografie

Richtlijn NSCLC bevat nieuwe module over moleculaire diagnostiek

Onlangs heeft een werkgroep van de NVALT diverse modules van de Nederlandse richtlijn voor niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC) aangepast aan de nieuwste wetenschappelijke inzichten. Afgelopen voorjaar verscheen ook een herziening van de ESMO-richtlijn ten aanzien van de plaats van durvalumab bij de behandeling van NSCLC. Dr. Hugo Schouwink en prof. dr. Piet Postmus bespreken de nieuwe adviezen. 

beeld: Jeroen van Kooten Fotografie

Lokaal gevorderd longcarcinoom krijgt meer multidisciplinaire behandelopties

De multidisciplinaire behandelmogelijkheden van stadium III niet-kleincellig longcarcinoom nemen toe. Zo kunnen geselecteerde patiënten baat hebben bij een resectie na neoadjuvante therapie. Dat blijkt uit een recent gepubliceerde studie vanuit het Antoni van Leeuwenhoek in Amsterdam. Andersom heeft (neo)adjuvante immuuntherapie mogelijk toegevoegde waarde op een resectie. Chirurg dr. Koen Hartemink en longarts dr. Joop de Langen vertellen over de ontwikkelingen.

beeld: Jeroen van Kooten Fotografie

PD-1-remmer sintilimab verlengt overleving

De toevoeging van de PD1-remmer sintilimab aan platinumbevattende chemotherapie verlengt de progressievrije overleving bij patiënten met lokaal gevorderd of gemetastaseerd niet-plaveiselcel niet-kleincellig longcarcinoom. Dit blijkt uit de Chinese fase III-studie ORIENT-11, waarvan dr. Zhang Li, Sun Yat-Sen University Cancer Centre, de eerste uitkomsten presenteerde tijdens het Virtual Presidential Symposium van het IASLC WCLC 2020.

beeld: IASLC World

Derde generatie ALK-remmer heeft betere effectiviteit

Behandeling met de derde generatie ALK-remmer ensartinib leidt bij patiënten met ALK-positief niet-kleincellig longcarcinoom tot een langere overleving dan behandeling met crizotinib. Dr. Leona Horn, Vanderbilt-Ingram Cancer Center in Nashville, presenteerde de eerste resultaten van de fase III-studie eXalt3. 

beeld: IASLC World

Afspraken maken over interpreteren uitslag ‘tumor first BRCA test’

De PARP-remmer olaparib is sinds kort geïndiceerd als onderhoudsbehandeling bij vrouwen met primair, stadium III of IV, hooggradig, sereus of endometroïd BRCA-gemuteerd ovariumcarcinoom, die na de operatie en platinabevattende chemotherapie een complete of partiële respons vertonen.1 Dit betekent dat al kort na de diagnose de BRCA-status van de tumor bekend moet zijn. Klinisch geneticus dr. Anja Wagner (Erasmus MC) en klinisch moleculair bioloog in de pathologie (KMBP) dr. Arja ter Elst (UMC Groningen) geven uitleg over hoe dit in de praktijk in hun regio’s verloopt.

Jeroen van Kooten Fotografie

Duidelijke regionale afspraken belangrijk voor optimale behandeling ovariumcarcinoom

De recente indicatie van olaparib als onderhoudsbehandeling na eerstelijnschemotherapie bij (een deel van de) vrouwen met ovariumcarcinoom heeft gevolgen voor de organisatie van de zorg bij deze aandoening. Internist­-oncologen dr. Judith Kroep (LUMC; foto), dr. Nelleke Ottevanger (Radboudumc) en dr. Ingrid Boere (Erasmus MC Kanker Instituut) geven uitleg.

Jeroen van Kooten Fotografie

Registreren



Al een account?

Inloggen


Sluit venster