Voor limited stage kleincellig longcarcinoom verwacht longarts dr. Daphne Dumoulin dat durvalumab als onderhoudsbehandeling zal worden toegevoegd aan de standaardbehandeling. Voor gemetastaseerde ziekte ziet zij tarlatamab als nieuwe tweedelijns behandeling. De eerste behandeling zal sneller beschikbaar komen dan de tweede dat nog EMA-registratie behoeft. Dumoulin volgde online het nieuws van 2025 ASCO Annual Meeting.
Daphne Dumoulin volgde dit jaar het congres met een aantal collega’s en kan dat iedereen aanbevelen. ‘Met elkaar over studies discussiëren heeft meerwaarde.’ Haar viel op dat er dit jaar veel aandacht was voor kleincellig longcarcinoom. Zo werden er resultaten van zowel de ADRIATIC-trial als de ACHILES-trial gepresenteerd. In de ADRIATIC-trial kregen patiënten met limited stage kleincellig longcarcinoom (stadium II of III) wel of geen onderhoudsbehandeling met checkpointremmer durvalumab na chemoradiotherapie. Op ESMO Congress 2024 waren al indrukwekkende uitkomsten gepresenteerd: de progressievrije overleving (PFS) ging met durvalumab omhoog van 9,2 maanden naar 16,6 maanden en de mediane algehele overleving (OS) nam van 33,4 maanden in de controlegroep toe naar 55,9 maanden in de groep die durvalumab kreeg. ‘Er was nu gekeken of er subgroepen konden worden geïdentificeerd die voorspellend waren voor de uitkomst, maar die zijn niet gevonden. Wel lijken patiënten te profiteren van profylactische schedelbestraling en van tweemaal daags radiotherapie in plaats van eenmaal daags.’1
NEVENBEVINDING
Opvallend genoeg had de ACHILES-studie negatieve uitkomsten, terwijl hierin dezelfde patiënten als in de ADRIATIC-studie werden onderzocht met een vergelijkbaar geneesmiddel. ‘In de ACHILES-studie ging het om atezolizumab in plaats van durvalumab in de ADRIATIC-studie. Ik heb zelf aan de ACHILES-studie meegewerkt en we zagen geen significant verschil in PFS en OS.2 We weten niet waar het verschil in uitkomst tussen de twee studies door komt. Mogelijk zijn er toch nog niet-gedefinieerde subgroepen die verschillend reageren op immuuntherapie. In een eerdere studie van dezelfde onderzoeksgroep leek een hogere dosis radiotherapie van 60 Gray voordeliger te zijn dan een lagere dosis van 45 Gray. Dat werd ook nu weer gezien. Hiervoor was de studie niet gedaan, maar het was wel een interessante nevenbevinding.’ Dumoulin verwacht dat durvalumab zal worden toegevoegd aan de standaardbehandeling voor kleincellig longcarcinoom met carboplatine en etoposide. ‘De resultaten met durvalumab bij kleincellig longcarcinoom voldoen aan de PASKWIL-criteria van de commissie BOM, dus ik verwacht een positieve beoordeling.’ Ondanks dat de groep patiënten die profylactische schedelbestraling onderging betere resultaten had, is het volgens Dumoulin nog een discussiepunt of dit bij elke patiënt moet worden toegepast. ‘Het kan op langere termijn namelijk neurocognitieve schade geven. Als mensen langer leven, dan zullen meer patiënten schadelijke effecten ondervinden, maar hoeveel weten we nu nog niet. Je zou er bijvoorbeeld ook voor kunnen kiezen om alleen patiënten met kleincellig longcarcinoom in stadium III een schedelbestraling te geven, omdat zij een hogere kans hebben op het krijgen van hersenmetastasen dan patiënten met stadium II tumoren.’