Er zijn vele studies naar de plaats van immuuntherapie bij blaascarcinoom gaande. Internist-oncologen dr. Maureen Aarts (Maastricht UMC) en prof. dr. Ronald de Wit (Erasmus MC) vertellen over hun verwachtingen. ‘De behandelmogelijkheden zijn heel anders dan voorheen, toen er maar één behandeling was. En er komt nog veel aan.’
Met de komst van checkpoint inhibitors is de levensverwachting van blaascarcinoompatiënten duidelijk vooruitgegaan, vertelt Aarts. ‘In de tweedelijnsbehandeling, na progressie op platinumbevattende chemotherapie laat pembrolizumab in de KEYNOTE-045 studie in vergelijking met chemotherapie 3 maanden overlevingswinst zien. Atezolizumab laat in deze tweedelijns setting, in de fase 3 IMvigor211-studie, geen winst zien in overall survival. Het verschil met pembrolizumab is dat atezolizumab gericht is tegen PD-L1 en pembrolizumab tegen PD-1. Misschien verklaart dat het verschil in de studieresultaten, echter de resultaten van de fase 2-studie met atezolizumab waren positief. Tot op heden is er nog geen goede verklaring te geven voor het verschil. Pembrolizumab voldoet aan de CieBOM-criteria en heeft dan ook een positief advies gekregen. Pembrolizumab is hierdoor de nieuwe standaard worden voor tweedelijnsbehandeling van blaascarcinoom, na chemotherapie met cis- of carboplatinum.’
Inmiddels hebben de FDA en EMA ook de goedkeuring gegeven voor gebruik van pembrolizumab en atezolizumab als eerstelijnsbehandeling bij patiënten die ongeschikt zijn voor platinumbevattende chemotherapie.