Vooral subgroepen patiënten met gemetastaseerd colorectaal carcinoom zullen profiteren van de studieresultaten die gepresenteerd werden tijdens 2025 ASCO Annual Meeting. ‘De updates van de studies BREAKWATER en CheckMate 8HW zullen de dagelijkse praktijk echt gaan veranderen’, verwacht internist-oncoloog dr. Jeanine Roodhart, die de meest interessante studies in haar vakgebied beschouwde.
Voor patiënten met BRAF-gemuteerd gemetastaseerd colorectaal carcinoom zullen de resultaten van de BREAKWATER-studie de praktijk gaan veranderen. In deze gerandomiseerde fase III-studie werd encorafenib en cetuximab in de eerste lijn gecombineerd met chemotherapie (mFOLFOX6) en vergeleken met standaardzorg (chemotherapie ± bevacizumab). De resultaten laten een heel goede algehele overleving zien, met een mediane overleving van 30,3 maanden in de arm met encorafenib, cetuximab en mFOLFOX6 ten opzichte van 15,1 maanden met standaardzorg.1 Deze uitkomsten benaderen die van gunstigere subgroepen in chemotherapie-studies. Dit zal de nieuwe standaard gaan worden in de eerste lijn, denkt Roodhart. Voor het eerst werden ook de data getoond van een groep patiënten die enkele behandeld is met encorafenib en cetuximab. ‘Deze studie-arm was eerder gestopt, maar lijkt het nu net zo goed te doen als de controlearm, met minder toxiciteit. Dit zou een optie kunnen zijn voor kwetsbare patiënten.’ Moleculair testen voor de eerste lijn wordt hierdoor des te belangrijker, ook voor andere doelgerichte therapieën.
In de fase I-studie CodeBreak 101 werd bij patiënten met tumoren met een KRAS-G12C-mutatie FOLFIRI toegevoegd aan de behandeling met panitumumab en sotorasib in een latere lijn.2 ‘Een objectieve responskans van 58 procent, progressievrije overleving (PFS) van 8 maanden en algehele overleving van 16 maanden is heel mooi voor een studie in de derde of latere lijn’, aldus Roodhart. ‘Met de standaardbehandeling wordt in deze populatie een overleving van vaak maar 9 maanden gezien.’ In Nederland loopt inmiddels een gerandomiseerde fase III-studie met deze combinatie versus chemotherapie in de eerste lijn. Patiënten met microsatellietinstabiele (MSI-H/dMMR) tumoren krijgen standaard in de eerste lijn pembrolizumab. In de CheckMate 8HW- studie werd in de eerste lijn gerandomiseerd tussen nivolumab, nivolumab plus ipilimumab of chemotherapie.3 ‘Zoals verwacht gaf de combinatie van nivolumab en ipilimumab betere resultaten dan chemotherapie. Maar ook ten opzichte van alleen nivolumab werd een duidelijke PFS-winst gezien, met een hazard ratio (HR) van 0,62 en een absoluut verschil van 16 procent na 3 jaar. De extra toxiciteit viel bij deze lage dosis ipilimumab relatief gezien mee in vergelijking met de behandeling bij andere tumortypes.’ Op basis van deze resultaten verwacht Roodhart dat de immuuntherapiecombinatie de nieuwe standaard gaat worden in de eerste lijn voor MSI-H/dMMR-patiënten.