CAR-T-celtherapie wordt in Nederland al zo’n tien jaar gegeven in studieverband en is sinds mei 2020 vergoede zorg voor patiënten met recidief of refractair diffuus grootcellig B-cellymfoom (DLBCL) na twee eerdere behandellijnen. Wat is er in die jaren geleerd?
Bij het beschikbaar komen van CAR-T-celtherapie in Nederland is direct vanaf het begin een nationale tumorboard opgericht waar alle behandelaren vanuit de academische centra in betrokken zijn, zo vertelt internist-hematoloog Margot Jak (UMC Utrecht Cancer Center), zelf lid van de tumorboard. ‘Twee keer per week bespreken we patiënten die daarvoor aangemeld worden. We kijken dan naar de indicatie en de haalbaarheid. Prof. dr. Marie-José Kersten heeft ook de “Follow that CAR!”-studie opgezet, waarbij we patiënten volgen en materiaal en gegevens verzamelen, met toestemming van patiënten, voor wetenschappelijk onderzoek.’ De vergoede zorg omhelst drie commercieel beschikbare CAR-T-celtherapieën: axicabtagen-ciloleucel (Yescarta®) en tisagenlecleucel (Kymriah®) en lisocabtagen maraleucel (Breyanzi®). Daarnaast wordt vanuit de HOVON bekeken welke studies met nieuwe CAR-T-producten naar Nederland kunnen worden gehaald. Steeds meer gaat het daarbij om point-of-care productie, ook door commerciële partijen: CAR-T-cellen zo dicht mogelijk bij de patiënt produceren en vers teruggeven aan de patiënt. ‘Voorbeelden daarvan zijn de HOVON 161-studie, de ATALANTA-1 studie van Galapagos en de DALY-2-studie van Miltenyi, die in huis of in de buurt van het ziekenhuis produceren.’
TERUGKOPPELING GEVEN
Het proces van de patient journey en de samenwerking met de farmaceutische bedrijven tijdens de behandeling zijn inmiddels goed ingericht, aldus Jak. ‘Als tumorboard zitten we regelmatig met hen samen om terugkoppeling te geven en te kijken hoe dingen verbeterd kunnen worden. Het liefst zouden we ook meer informatie krijgen over de kenmerken van de CAR-T-cellen op een dieper niveau, bijvoorbeeld wat voor type T-cellen er precies in zitten, om meer te kunnen leren over de correlatie met de respons.’

