Voor patiënten met multipel myeloom (MM) vanaf 70 jaar, die in principe niet meer in aanmerking komen voor een autologe stamceltransplantatie, zijn er de afgelopen jaren (nog) effectievere behandelopties ontwikkeld. Verdere verbetering hierbij kan mogelijk komen uit meer ‘finetuning’ van de nu beschikbare behandelschema’s.
De grens waarboven een MM-patiënt niet meer in aanmerking komt voor een stamceltransplantatie kruipt geleidelijk omhoog. De Nederlandse MM-richtlijn legt deze momenteel op 70 jaar. ‘De beslissing of een patiënt wel of geen stamceltransplantatie kan ondergaan moet altijd berusten op de afweging of de patiënt in kwestie de stamceltransplantatie wel of niet met succes kan ondergaan’, nuanceert internist-hematoloog Kaz Groen ook deze grens. Groen doet momenteel in het Amsterdam UMC bij prof. dr. Sonja Zweegman promotieonderzoek naar de behandeling van oudere MM-patiënten.
‘Uit de praktijk blijkt overigens dat internist-hematologen best goed in staat zijn in het schatten of een oudere patiënt een bepaalde behandeling met succes kan ondergaan’, vult hematoloog-in-opleiding Claudia Stege (Amsterdam UMC) aan. Zij rondt momenteel een promotieonderzoek, eveneens bij Zweegman, af naar de rol van frailty op de behandeluitkomsten bij MM. ‘Desondanks is er momenteel veel wetenschappelijke interesse voor het ontwikkelen van objectieve hulpmiddelen om die inschatting verder te verbeteren. Predictieve parameters die bovendien in de dagelijkse praktijk gemakkelijk te gebruiken zijn.’