Het aantal opties voor de (eerstelijns)behandeling van gevorderd niercelcarcinoom blijft gestaag toenemen. Na de succesvolle resultaten van diverse combinaties van immuun- en doelgerichte therapieën zijn nu ook therapieën met een heel ander werkingsmechanisme onderwerp van onderzoek. Zoals de HIF2α-remmer belzutifan en CAR-T-cellen, vertelt prof. dr. John Haanen.
Nog maar een jaar geleden kostte het bepalen van de eerstelijnsbehandeling voor patiënten met gevorderd niercelcarcinoom weinig hoofdbrekens. De keuze beperkte zich tot de anti-angiogene tyrosinekinaseremmers (TKI’s) pazopanib en sunitinib. Vanaf 2018 tuimelen de publicaties met nieuwe, effectieve behandelopties echter over elkaar. Dat begon met de fase II CABOSUN-studie, die aantoonde dat een behandeling met de TKI cabozantinib resulteerde in een langere progressievrije overleving dan een behandeling met sunitinib.1 Daarna volgden de studies met combinatietherapie. De fase III CheckMate-214-studie liet zien dat de combinatie van nivolumab/ipilimumab tot een significant betere algehele overleving en objectieve responskans leidde bij patiënten met een poor of intermediate risk.2,3 Uit de Keynote-426- en de Javelin Renal-101-studie, beide fase III, werd duidelijk dat de combinatie van de TKI axitinib met respectievelijk pembrolizumab en avelumab leidde tot een significant hogere responskans en een significant langere progressievrije (en voor de combinatie met pembrolizumab ook algehele) overleving ten opzichte van sunitinib.4-7 In deze studies werd in alle risicogroepen een meerwaarde gezien van de combinatie ten opzichte van sunitinib. De genoemde behandelingen zijn allen door de NVMO-commissie BOM van een (voorlopig) positief advies voorzien.
‘Zeer recent zijn resultaten gepresenteerd en gepubliceerd van twee andere fase III-studies met combinatietherapie’, vertelt Haanen. ‘In de CheckMate-9ER-studie was dat nivolumab/cabozantinib en in de CLEAR-studie lenvatinib/pembrolizumab en lenvatinib/everolimus.’ In de CheckMate-9ER-studie leidt behandeling met nivolumab/cabozantinib tot een significant betere progressievrije en algehele overleving en een hogere responskans dan behandeling met sunitinib.8 In de CLEAR-studie is lenvatinib/pembrolizumab significant beter dan sunitinib wat betreft responskans, progressievrije en algehele overleving. Lenvatinib/everolimus leidt wel tot een hogere responskans en betere progressievrije overleving ten opzichte van sunitinib, maar niet tot een betere algehele overleving.9 Haanen: ‘Dus al met al zijn er nu vijf combinatietherapieën die het beter doen dan sunitinib. Waarvan nivolumab/cabozantinib afgelopen februari een positief advies van de EMA heeft gekregen, maar nog niet door de commissie BOM is beoordeeld, en lenvatinib/pembrolizumab nog moet worden goedgekeurd door de EMA.’
Biomarkers die helpen een keuze tussen de opties te maken zijn er momenteel (nog) niet.