We zouden het haast vergeten bij alle nieuws over de PARP-remmers, maar een belangrijk onderdeel van de behandeling van ovariumcarcinoom is chirurgie. Deze aanpak heeft een lange voorgeschiedenis, maar er zijn nog steeds verbeteringen mogelijk. Gynaecologisch-oncoloog dr. Jurgen Piek gaat in op de ontwikkelingen.
‘Dat chirurgie een onmisbaar onderdeel is van de behandeling van ovariumcarcinoom, staat buiten kijf’, vertelt Piek. ‘Alle onderzoeken die gedaan zijn met alleen systemische behandeling, laten zien dat de ziekte dan vaak zeer snel terugkeert. Het omgekeerde is overigens net zo waar. De chirurgie gebeurt meestal in een sandwich-vorm met ervoor en erna chemotherapie. Dus eerst drie kuren platinum- en taxolbevattende chemotherapie om de tumormassa te verkleinen, bij respons chirurgische debulking en daarna nog drie kuren chemotherapie om eventuele tumorresten op te ruimen. Bij een minderheid van de vrouwen vindt primaire debulking plaats, gevolgd door zes kuren chemotherapie. Primaire debulking doen we als we op basis van de CT-scan en/of laparoscopie inschatten dat het tumorweefsel zonder voorafgaande chemotherapie compleet te verwijderen is. De afgelopen decennia hebben we geleerd dat het belangrijk is bij de operatie zoveel mogelijk tumorweefsel weg te halen. We streven naar een complete debulking, waarbij we al het zichtbare tumorweefsel verwijderen.’
Dat is volgens Piek overigens gemakkelijker gezegd dan gedaan. ‘De ziekte is bij veel vrouwen vergevorderd, wat betekent dat je overal in de buikholte tumorweefsel kunt aantreffen: op het peritoneum, op de darmen en op andere organen. Dat betekent dat we zeer zorgvuldig moeten werken. Daarom is het belangrijk dat je veel ervaring hebt met de ingreep. Alleen gynaecologisch-oncologen die deze ingreep vaak doen, dat wil zeggen een aantal keer per maand, durven ver genoeg te gaan bij de operatie.’
De chirurgie bij ovariumcarcinoom is in Nederland daarom ook geconcentreerd in een beperkt aantal expertisecentra (zie kader op deze pagina). ‘Daarbij hebben we in het Catherina Ziekenhuis recent nog een stap extra gezet. De gehele operatie wordt door twee specialisten uitgevoerd: een in ovariumcarcinoom gespecialiseerd gynaecologisch-oncoloog en een oncologisch chirurg. Dat is de beste garantie dat we bij de operatie bij iedere patiënt “tot het gaatje” kunnen gaan. Uiteraard rekening houdend met eventuele comorbiditeiten bij de patiënt.’