In de nieuwe richtlijn Prostaatcarcinoom is nu ook een module opgenomen over seksuele gezondheid. Een belangrijke stap vooruit, volgens arts en seksuoloog Cobi Reisman. Maar het onderwerp blijft precair, ook in de spreekkamer. ‘Seks is nog steeds taboe.’
Vorig jaar verscheen de deels herziene richtlijn Prostaatcarcinoom, waaraan een module is toegevoegd over de seksuele gezondheid van mensen met prostaatkanker. In de toelichting op de richtlijn staat onomwonden waarom deze module van belang is: ‘Van alle bijwerkingen van de behandeling van prostaatkanker hebben problemen op het gebied van seksualiteit de grootste invloed op de kwaliteit van leven.’ De behandeling van prostaatkanker heeft immers veel gevolgen voor de beleving van de seksualiteit, niet alleen door de patiënt zelf, maar ook door diens partner. Toch is er nu pas een module toegevoegd over dit thema. Dat is laat, erkent arts en seksuoloog Cobi Reisman. Hij zat namens de Nederlandse Vereniging voor Seksuologie in de richtlijnwerkgroep. ‘Maar we zijn op de goede weg. Wij zijn een van de eerste landen die hier specifiek aandacht aan geeft.’
Seks is belangrijk
Dat er tot nu toe weinig aandacht was voor het thema seksualiteit, komt volgens Reisman omdat de meeste aandacht vooral uitging naar overleving. Maar in toenemende mate is niet alleen het overleven, maar ook de kwaliteit van leven belangrijk. ‘Het gaat er mij niet alleen om hoe lang ik leef, maar hoe ik leef, zeggen patiënten steeds vaker.’ Wat ook een rol speelt bij de gebrekkige aandacht voor seksualiteit is volgens Reisman het idee dat seks op oudere leeftijd niet belangrijk is. ‘Dat is een misvatting. Seks is belangrijk. Met het stijgen van de jaren krijgt het andere aspecten. Maar dat neemt niet weg dat het een belangrijk onderdeel is van de kwaliteit van het leven en van een relatie.’