ASCO20 Virtual wijdde twee sessies aan de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen. Dr. Martijn Lolkema woonde beide sessies bij en beschouwde deze voor Oncologie Vandaag. Hij constateerde dat er op het gebied van immuunoncologie weinig nieuws te melden is. In plaats daarvan ziet hij wel verrassende ontwikkelingen in onderzoek naar nieuwe moleculaire concepten. Maar: ‘Er zijn op dit moment geen golden bullets in ontwikkeling’
Lolkema selecteerde uit de twee sessie de belangrijkste onderzoeken. Hij zag vooral vooruitgang in het onderzoek naar niet-immunologische middelen. Veruit de grootste ontwikkeling op dit gebied is de opkomst van een geheel nieuwe categorie geneesmiddelen: de PROteolysis TArgeting Chimeras (PROTACs)). Dit zijn moleculen die een eiwit specifiek laten afbreken, in plaats van het te remmen. ‘Hematologen kennen dit concept wel al, bijvoorbeeld in de vorm van thalidomide’, zegt Lolkema. ‘Maar voor oncologen is dit een heel nieuwe klasse geneesmiddelen. PROTACs lijmen een enzym, een E3-ligase, vast aan het eiwit. Daarmee merken ze het aan voor proteasoomdegradatie. Dat betekent dat je eiwitten heel specifiek uit cellen kunt verwijderen door ze in de cellulaire prullenbak te gooien.’
De eerste PROTAC die in de oncologie wordt onderzocht, is ARV-110. Dit middel degradeert de androgeenreceptor en is in een fase I-studie getest bij patiënten met gemetastaseerd castratieresistent prostaatcarcinoom na een behandeling met enzalutamide en/of abirateron. Volgens de onderzoekers laat het middel een gunstige antitumor-activiteit zien. ‘Dit is een nieuwe, interessante ontwikkeling’, zegt Lolkema. ‘Deze studie laat zien dat we de androgeenreceptor kunnen verminderen in cellen en daarmee een therapeutisch effect kunnen sorteren. Het laat zien dat het concept van PROTACs werkt.’1