Internist-oncoloog dr. Danny Houtsma vond ASCO20 Virtual op het gebied van urogenitale tumoren een zeer interessant congres. Hij merkt dat er in de studies steeds meer aandacht komt voor biomarkeranalyse. Voor blaascarcinoom trof hij zelf een studie die de klinische praktijk gaat veranderen. Maar om vanwege de covid-19-pandemie een congres virtueel te volgen, viel hem tegen. ‘Je mist dan toch iets.’
De mooiste studie op het gebied van blaascarcinoom was zonder twijfel JAVELIN Bladder 100, vertelt Houtsma enthousiast. Hierin kregen patiënten na de gebruikelijke behandeling met chemotherapie een onderhoudsbehandeling met avelumab. Dit monoklonale antilichaam gericht tegen PD-L1 blijkt patiënten met blaascarcinoom bijna 7 maanden overlevingswinst te geven ten opzichte van placebo (zie ook de grafiek hieronder).1 ‘Dit onderzoek past binnen een trend om immuuntherapie eerder in te zetten. Dat blijkt voor deze groep gunstig uit te pakken. De mediane overleving ging voor alle subgroepen van 14,3 naar 21,4 maanden. Ik denk dat we voor blaascarcinoom nog nooit zo’n enorme verbetering van de totale overleving hebben gezien. Dit is fantastisch, echt een practice changing studie’, aldus Houtsma. ’Er zal nog wat tijd overheen gaan, maar ik verwacht dat avelumab op grond van deze data op de Nederlandse markt zal worden toegelaten. En er komt ongetwijfeld een positief advies van de commissie BOM over avelumab in deze setting.’
Houtsma plaatst wel een kanttekening bij de studie. ‘Een voorwaarde voor deelname aan de studie was een goede reactie op chemotherapie in de eerste lijn. We weten dus niet of patiënten die minder baat hebben bij chemotherapie, op avelumab reageren.’ Avelumab is een paar jaar geleden al door de EMA geregistreerd voor behandeling van het gemetastaseerd merkelcelcarinoom. In combinatie met axitinib kan het ook in de eerste lijn worden gegeven bij heldercellig niercelcarcinoom.
Houtsma trof op het gebied van blaascarcinoom ook een interessante studie met negatieve resultaten: IMvigor010.2 In deze fase-III-studie is bij patiënten met hoogrisico spierinvasief urotheelcelcarcinoom gekeken of adjuvante chemotherapie in de vorm van de PD-L1-remmer atezolizumab zinnig is. ‘Uit de studie blijkt dat er geen verschil in uitkomst is tussen patiënten die adjuvant atezoluzimab of een placebo krijgen’, vertelt Houtsma.